Eisen aan de pasfoto voor paspoort of ID-kaart
De pasfoto in een paspoort, identiteitskaart of rijbewijs moet voldoen aan een aantal eisen. Er gelden eisen voor: maatvoering, fotokwaliteit, achtergrond, weergave, houding, uitdrukking, bril, belichting en positionering.
Maatvoering
Formaat pasfoto - Vast formaat: 35 mm x 45 mm (breedte x hoogte).
Breedte gezicht - Van ooraanzet tot ooraanzet tussen de 16 mm en 20 mm.
Eisen aan de kwaliteit van de pasfoto:
- in kleur;
goedgelijkend;
natuurlijke weergave;
scherp, voldoende contrast en gedetailleerd;
onbeschadigd;
geen kopie;
niet bewerkt;
afgedrukt op hoogwaardig, glad fotopapier;
minimaal 400 dpi resolutie.
Van links naar rechts: 1. goede pasfoto; 2. zwart-wit foto; 3. foto met optische vervorming 4. foto met onnatuurlijke weergave.
Van links naar rechts: 1. foto met te weinig contrast / flets; 2. onscherpe foto.
Achtergrond
Eisen aan de achtergrond op een pasfoto:
- lichtgrijs, lichtblauw of wit;
- egaal;
- eenkleurig;
- geen kleurverloop;
- voldoende contrast tussen hoofd en achtergrond.
Van links naar rechts: 1. goede foto; 2. niet-egale achtergrond; 3. achtergrond niet-eenkleurig; 4. achtergrond met kleurverloop.
Van links naar rechts: 1. foto met onvoldoende contrast; 2. foto met onvoldoende contrast.
Weergave gezicht
Eisen aan de weergave van het gezicht op een pasfoto:
- hoofd onbedekt;
- gezicht volledig zichtbaar;
- ogen volledig zichtbaar.
Oren hoeven niet zichtbaar te zijn, als de breedte van het gezicht maar zichtbaar is.
Van links naar rechts: 1. goede foto; 2. hoofd bedekt; 3. gezicht niet volledig zichtbaar; 4. gezicht niet volledig zichtbaar.
Van links naar rechts: 1. gezicht niet volledig zichtbaar; 2. ogen niet zichtbaar.
Houding
Eisen aan de houding van een persoon op een pasfoto:
- hoofd recht naar voren;
- ogen op een horizontale lijn;
- hoofd niet gekanteld;
- schouders recht;
- geen zichtbare ondersteuning.
Van links naar rechts: 1. goede foto; 2. hoofd achterover; 3. hoofd voorover; 4. hoofd scheef.
Van links naar rechts: 1. foto van opzij en schouders niet recht; 2. zichtbare ondersteuning.
Bril
Eisen aan de manier waarop de persoon op de pasfoto een bril draagt:
- ogen volledig zichtbaar;
- volledig doorschijnende glazen;
- geen verstorende reflectie door de bril;
- geen schaduw.
Van links naar rechts: 1. goede foto; 2. ogen niet volledig zichtbaar; 3. getint glas; 4. getint glas.
Van links naar rechts: 1. Reflectie in glazen; 2. Schaduw van bril.
Belichting
Eisen aan de belichting van de pasfoto:
- gelijkmatig;
- geen onder- of overbelichting;
- geen schaduw in het gezicht of
in de achtergrond;
- geen reflectie in het gezicht;
- geen reflectie door accessoires.
Van links naar rechts: 1. goede foto; 2. onderbelicht; 3. overbelicht; 4. overbelicht.
Van links naar rechts: 1. schaduw gezicht; 2. schaduw gezicht; 3. reflectie; 4. reflectie.
Van links naar rechts: 1. reflectie (witte vlekken). 2. reflectie (witte vlekken).