Het vaartijdenboek is een verplicht document voor elk binnenschip of ander vaartuig, met uitzondering van veerponten en veerboten, dat bedrijfsmatig en zelfstandig op de binnenwateren vaart. In het vaartijdenboek dienen onder andere de vaar- en rusttijden, het aantal bemanningsleden en hun functie te worden genoteerd. Hiervoor is de gezagvoerder verantwoordelijk. Bij het vaartijdenboek hoort een Verklaring van afgifte. Beide documenten zijn voorzien van een uniek nummers. Het nummer van het vaartijdenboek is gekoppeld aan het scheepsnummer.
Geschiedenis
Het vaartijdenboek is ingesteld in het verlengde van de Rijtijdenwet 1936, die in Nederland voor het wegverkeer werd ingevoerd. In Europees verband werd geopperd om ook de vaar- en rusttijden voor het vervoer over water te regelen. Dit resulteerde in het eerste nationale vaar- en rusttijdenboek, blauw van kleur. In 1988 is een nieuw vaartijdenboek, rood van kleur, van kracht geworden.
Gebruik
Het gebruik van het boek is ingesteld om oververmoeidheid en concentratiegebrek van de bemanning tegen te gaan en is daarmee een sociale regeling voor de Rijn- en binnenvaart. Het dient ervoor de arbeidsbescherming aan boord van de schepen en de veiligheid van de vaart zo veel mogelijk te waarborgen. Daarom zijn er wettelijk eisen gesteld aan het aantal uren dat bemanningsleden maximaal mogen werken en minimaal moeten rusten. Deze zijn afhankelijk van de exploitatiewijze van het schip. In een aantal gevallen is een tachograaf voorgeschreven als ondersteuning, maar in beperktere mate dan de Rijtijdenwet 1936. Ook de samenstelling van de bemanning wordt hierin geregeld.
Controles
Met het vaartijdenboek kunnen de dienstboekjes worden gecontroleerd. Een dienstboekje is een op naam gesteld document voor bemanningsleden van een professioneel varend binnenschip. In principe dient elk lid van de bemanning van een binnenschip in het bezit zijn van een op naam gesteld dienstboekje. Het dienstboekje dient voor personen die een patent of vaarbewijs willen verkrijgen ook voor het aantonen van vaartijd en scheepsreizen op de Rijn en op andere vaarwegen.
Verklaring van afgifte vaartijdenboek
Een verklaring van afgifte vaartijdenboek is een registratiekaart die hoort bij het vaartijdenboek. Als het boek vol is, kan er een nieuw worden aangevraagd, dat wordt voorzien van een vervolgnummer. Op deze registratiekaart staat hoeveel vaartijdenboeken er in de afgelopen jaren voor het schip zijn afgegeven.
Instructies invullen van het vaartijdenboek
Een vaartijdenboek omvat 200 bladzijden, genummerd van 1 tot en met 200. De aantekeningen dienen met inkt en duidelijk leesbaar (bv. in drukletters) te worden aangebracht. De aantekeningen in het vaartijdenboek dienen overeenkomstig de toepasselijke bemanningsvoorschriften te worden aangebracht. In het geval van binnenwateren waarvan gedeelten niet volledig binnen het toepassingsgebied van een bemanningsvoorschrift vallen, dient tevens rekening te worden gehouden met vaar en rusttijden die op gedeelten buiten het toepassingsgebied van het reglement gemaakt zijn. Indien voor het laden en lossen actieve scheepvaartoperaties nodig zijn, zoals baggerwerkzaamheden of manoeuvres tussen laad- en losplaats, dient de schipper de tijd die daarvoor nodig is als vaartijd aan te tekenen. De activiteiten van de bemanningsleden dienen overeenkomstig hun functies en de respectieve nummers als volgt te worden aangeduid:
1 Schipper
2 Stuurman
3 Volmatroos
4 Matroos
5 Deksman
6 Lichtmatroos
7 Machinist
8 Matroos-motordrijver
9
Indien de nationale regelgevingen in andere functies voorzien dan die boven vermeld staan, dienen dergelijke functies te worden aangeduid als nummer 9 e.v. met de vermelding van de respectieve nationale benaming voor
de functie. Op iedere bladzijde dient de schipper het volgende aan te tekenen:
- de exploitatiewijze (aantekeningen in verband met een wijziging van de exploitatiewijze dienen steeds op
een nieuwe bladzijde te worden aangebracht);
- het jaar;
- zodra het vaartuig de vaart begint:
1e kolom - de datum (dag en maand)
2e kolom - de tijd (uur en minuten)
3e kolom - naam van de plaats waar de vaart begint
4e kolom - vaarweg en de kilometerraai van die plaats
- zodra het vaartuig de vaart onderbreekt:
1e kolom - de datum (dag en maand) indien deze afwijkt van de begindatum waarop het vaartuig de
reis begonnen is
5e kolom - de tijd (uur en minuten)
6e kolom - naam van de plaats waar het schip stilligt
7e kolom - vaarweg en de kilometerraai van die plaats
- zodra het vaartuig de vaart voortzet: dezelfde aantekeningen als bij het begin van de vaart;
- zodra het schip de vaart beëindigt: dezelfde aantekeningen als bij een onderbreking van de ......... vaart.
- De 8e kolom moet worden ingevuld (functie, naam/namen, voornaam/namen, serienummer van het
dienstboekje van het bemanningslid of serienummer van het vaarbevoegdheidsbewijs) wanneer de
bemanning voor de eerste keer aan boord komt en vervolgens telkens wanneer de bemanning van
samenstelling verandert.
- In de kolommen 9 t/m 11 moeten het begin en einde van de rusttijd van elk bemanningslid worden
aangetekend. Deze aantekeningen dienen uiterlijk om 8 uur de volgende ochtend in het vaartijdenboek
te worden aangebracht. Als de bemanningsleden hun rust nemen volgens een vast rooster, kan per reis
met één schema worden volstaan.
- In de kolommen 12 en 13 moet bij wisseling van de bemanning telkens het tijdstip van aan boord komen
of van boord gaan van elk bemanningslid worden vermeld.